Buren voor de rechtbank: mag de kapsalon blijven?
Na lang wikken en wegen, en overleg met haar gezin, besloot Tessa voor haar droom te gaan. Ze werd zelfstandig kapster en daarmee dus ook zelfstandig ondernemer. Over klanten hoefde ze zich geen zorgen te maken. Veel buurtgenoten wisten haar namelijk al te vinden als het weer tijd was om de haren bij te punten of te laten verven. Maar wat begon met een droom dreigde om te slaan in een nachtmerrie toen het eenmaal zover was.
De harde praktijk
Nadat Tessa alle vergunningen op zak had, kon ze aan de slag met haar zelfgemaakte praktijkruimte. Die creëerde ze door een uitbouw aan het woonhuis te plaatsen. Niks aan de hand, totdat de buurman opeens niet blij leek te zijn met de komst van de kapsalon. Nog vóór het tot een gesprek kwam, had de buurman al een advocaat ingeschakeld. Zijn eis? Dat Tessa per direct stopte met al haar kappersactiviteiten in de uitbouw aan huis. Praten met de buurman had weinig zin, merkte Tessa toen ze dit voorstelde. De buurman plaatste borden in de tuin die duidelijk maakten dat de kapster niet welkom was op zijn terrein. De advocaat had ook niet stilgezeten; hij was namens de buurman een kortgeding gestart tegen Tessa’s kapsalon.
Zorgen aan beide kanten
Tessa was gelukkig goed verzekerd. Toen ze een dagvaarding ontving om voor de rechter te verschijnen, kreeg ik Tessa’s zaak toegewezen. Ze zat er op dat moment behoorlijk doorheen. Stoppen zou betekenen dat ze een flinke schuld én geen inkomstenbron meer had. De investering in haar eigen praktijkruimte was dan helemaal voor niets geweest. En wat had ze dan fout gedaan, ze had alle benodigde vergunningen, toch? Zo piekerde de kapster. Ik had begrip voor Tessa’s zorgen. Maar in de dagvaarding las ik dat ook de buurman zorgen had. Hij was vooral bang voor de mogelijke gevolgen van de kapsalon naast zijn huis. Minder parkeerplekken in de straat, meer mensen die bij het passeren door zijn ramen zouden kunnen gluren of kunnen zorgen voor geluidsoverlast en een overheersende kappersparfum. Zou zijn gezin daar niet heel veel last van krijgen?
Hier let de rechter op
De Hoge Raad is het hoogste rechtscollege in ons land. De Hoge Raad heeft uitgelegd dat buren tot op bepaalde hoogte wat overlast van elkaar moeten kunnen hebben. Dat kan niet anders als je in zo’n klein land met zoveel mensen woont. De rechter houdt bij de beoordeling van Tessa’s zaak rekening met de manier waarop de Hoge Raad vergelijkbare zaken heeft beoordeeld. De rechter moet daarom letten op het karakter van de overlast, hoe erg het is en hoelang de overlast duurt. Er wordt ook gekeken naar alle overige omstandigheden die per plaats kunnen verschillen. Het hebben van de juiste vergunningen speelt mee, maar is niet altijd beslissend. Voor Tessa dus geen garantie.
De uitspraak
De kortgedingrechter die een uitspraak moest doen was het, gelukkig voor Tessa, met haar eens. De overlast was niet voldoende aangetoond. De zorgen van de buurman om parkeerplekken waren ook niet nodig. Tessa had al tijdens haar vergunningaanvraag laten onderzoeken of er voldoende parkeerplekken zouden zijn. In het rapport stond dat dit zo was. De rechter vond dat er meer onderzoek nodig was om de aanwezigheid van overlast te bewijzen. In een spoedprocedure is namelijk geen ruimte voor extra onderzoek. Daarom verwees de rechter de zaak naar een ‘bodemprocedure’, waarin alles – de naam zegt het al - tot op de bodem wordt uitgezocht.
Verrassende wending
Tot Tessa’s grote vreugde en opluchting was het hiermee opeens klaar. De buurman heeft geen bodemprocedure opgestart. Tessa’s kapsalon is tegenwoordig drie dagen per week open. Op de andere dagen richt ze zich onder andere op de kinderen. Er is een last van haar schouders gevallen nu ze dit hoofdstuk, mede door onze hulp, achter zich kan laten.
Krijg rechtshulp van een juridisch expert
Bij Klaverblad helpen we je graag gewoon goed als bij een juridisch probleem. Daarom krijg je altijd gelijk een juridisch expert aan de lijn. Vraag je adviseur naar onze rechtsbijstandverzekering.